-
Beknibbel, beknibbel, sterf als een hond. (p.77)
-
Praat over de hond, leg een stok klaar. (p.77)
-
Een hond blaft nooit naar de vollemaan. (p.77)
-
Een hond die blaft bijt niet. (p.79)
-
De hond eet het pas als hij het vervuilt. (p.80)
-
Als de leeuw oud is, willen de honden hem oppeuzelen. (p.82)
-
De leeuw doodt, de jakhalzen eten. (p.82)