13. Moeder & Handen

  • Wat niet met de bruid komt, komt niet met de moeder. (p.177)

  • Wie vindt jou mooi, bruidje? Ze zei: mijn moeder vindt mij mooi. (p.178)

  • Een stomme wordt alleen verstaan door zijn moeder. (p.178)

  • Vuur baart as. (p.179)

  • Wat deze hand (de rechter) opbrengt, wordt opgegeten door deze (de linker). (p.180)

  • Je huid wordt enkel gekrabd door jouw nagels. (p.180)

  • Waaruit één hand kan eten, daaruit eten er tien. (p.181)

  • Wie ongenood op visite gaat, eet zonder zich te wassen. (p.181)

  • Hij plant met de rechterhand, hij rooit met de linker. (p.183)

  • Wie door zijn eigen hand wordt geslagen, huilt niet. (p.183)

  • Wie vies is van zijn eigen hand, vindt niets om mee te eten. (p.184)

  • De handgroet veroorzaakt problemen, de ooggroet begrijpt niemand. (p.185)

Kies hier het hoofdstuk voor beeld- en geluidfragmenten